SponsBob

SponsBob kwam onder applaus de zaal binnen gerend, schoof aan en de presentator lanceerde z'n vraag. 
'Wat Stop Jij in Jouw Noodpakket?'
Aan tafel zat een woordvoerder van het Ministerie van Veiligheid die kon praten als een handleiding van Ikea. Zij schetste een situatie waarin de overheid niets meer voor de bevolking kon doen. Er tegenover zat een kunstenaar die verklaarde geen probleem te hebben met sterven en voor een moment leek zijn lege pakket gevuld met louter onschuld.
'BOEHHHHhhh...'
Op dat moment schakelde de regie van het publiek naar SponsBob. Die ademde diep in. 'O-onder-d-d- duiken!' Hij liet zich van z'n stoel op de grond glijden. 'Zo s-s-schuilen d-d-duikbo-bo-boten voor een s-st-st-storm.'
De presentator zei nog wat maar Bob hoorde het niet meer.

Onder tafel was het schemerig, vredig en vol. Een figuur gekleed als militair vertelde hoe fijn het was om na een gevecht met de tegenstander een biertje te gaan drinken. Naast hem iemand die klonk als een diplomaat. 'Investeren in opleiding en training van vredesonderhandelaars is vele malen goedkoper en efficiënter dan dezelfde investering in wapensystemen en soldaten.'
Bob hing tegen een tafelpoot en dacht aan zijn huis, de onverwoestbare vrede van zijn woonkamer. Een paar eenvoudige meubels, dat was alles, maar toch.
'Eerst verkrachten ze je buurmeisje op straat,' lachte de soldaat. 'Dan blazen ze je flatje op. Ruik ik angst? Het liefst zou jij die hele k*nkeroorlogsdreiging vergeten en ga je door met de voorbereidingen voor kerst.'

Boven tafel werd er gelachen, een voet schoot uit, SponsBob kreeg een trap, tolde door de lucht en plofte in het licht tussen tafel en tribune op de vloer. De talkshow ging door.
'Je moet je voorstellen, het hele internet ligt eruit. Telefonie? Dood. Alleen radio werkt. Een noodradio in je pakket is een absolute must.'
'Van de tientallen kanalen en stemmen houd jij met je noodradio maar één stem over, één beeld van de situatie, één waarheid, één gedragsinstructie voor de hele bevolking. Dat maakt kwetsbaar. Het risico bestaat dat een stel amateurs de uitzending verzorgt. Dat die ene frequentie gekaapt wordt. Gekloonde stemmen. Allemaal nachtmerries. Een noodradio werkt alleen als je absoluut vertrouwen hebt in de overheid.'
In de zaal werd geklapt.
Vertrouwen wij elkaar niet? Bob wilde iets vragen maar de tafelheer introduceerde een nieuw onderwerp en Bob kroop tussen broeken en benen terug onder het blad.

Lagen de soldaat en de diplomaat daar nou onder een camouflagenet in elkaars armen? Bobs aandacht werd afgeleid door een fluisterende stem naast hem.
'Stel de Dalai Lama krijgt een Kalasjnikov omgehangen, wie of wat zal zich dan als eerste aanpassen, de Lama of de Kalasjnikov, de geest of de materie?'
Bob wist het niet. Nieuwsgierig boog hij zich naar een luik in de vloer waar kabels in verdwenen, pakte er losjes een beet en liet zich naar beneden roetsjen. Ik ben helemaal op mezelf! Hij liet los en kwam in een asbak terecht op een bijzettafel in een kelderruimte waar - waren dit technici of schoonmakers? - er lag een boek naast de asbak: Sun Tzu's The Art of War - waar een paar mannen en vrouwen onder een ouderwetse tl-balk zaten te roken. Iedereen drinkt maar koffie! Arabica, Wiener Melange, Habsburgse Rijk, opkomst van het neoclassicisme in kunst en architectuur, de klassieke Griekse orde van helden en goden als ideaal, als model voor de bevolking in een vroeg-burgerlijke samenleving. Bob had dat ergens opgepikt. Hij kroop uit de asbak en klopte zich af. Zelf had hij nooit gerookt.
Wisten ze dat hij een bekende stripfiguur was? Hij kreeg een speculaasje aangereikt, bekeek het koekje en ook de overige op het schoteltje. In het deeg ontwaarde hij afbeeldingen van een molen, een grachtenpand, een vrouw in klederdracht. Waren dit symbolen van belang? Koekjes die een binnenvallende vijand in het bijzijn van deze mensen lachend met de hak van z'n laars zou vertrappen?
'Nee dank je, ik drink geen koffie.'

Waarom was hij naar de tv studio gekomen? Was het lollig een getekend figuur met een hard hoog stemmetje over zoiets massiefs als oorlog te horen schutteren? Hadden ze om hém gelachen daarnet? Hij was geen Dalai Lama. Hij was geen Sun Tzu.
'Hai Dalai Lama, over drie dagen valt de vijand binnen. Wild, woedend en wreed en het zijn er veel. Wat moeten we doen? Vechten, vluchten of ons verstoppen? Dalai Lama, hoe worden we onze angsten en onzekerheden de baas? Dalai Lama?...Niks?...'
'Hai Sun Tzu, groot militair strateeg, over drie dagen vallen ongeregelde buitenlandse tropen het dorp binnen. Hoe bereiden we ons voor?'
'Goede vraag Bob!' klonk het ergens vandaan. 'Laat de kwetsbaarsten het dorp verlaten. Laat de grootste drinkebroers onder u de strijdliederen van de vijand leren en laat uw beste vechters zich in de buurt verschuilen. Als de vijand binnenvalt, onthaal hem dan met zijn eigen liederen en vlaggen, met drank en prostituees. Voor het opkomen van de zon snijdt u hem de keel door.'
Zo simpel kan het zijn, dacht Bob. Als je jezelf oefent in strategisch denken wordt oorlog een spel, opwindend zelfs.

In de kelder hadden ze het over vroeger. De vorige oorlog. De vorige doden. Hun zwijgen. Het eeuwige zwijgen van de doden. Of we daar niet beter naar konden luisteren.
'Graaf er een paar op en zet die bij Jeroen aan tafel,' grapte er een. 'Katholieken doen dat. Die leggen zo'n zanderige martelaar in een kapel en beginnen doodleuk een pitch over eeuwige zaligheid.'
'Auschwitz. Ben ik geweest. Krijsen dat de doden daar doen! Je wordt er knettergek van. Ik weet niet of Jeroen dat aan kan. Of er iemand is die dat aan kan.'
'Ik wil een cyanidepil in mijn pakket. Mag dat?'
SponsBob staarde voor zich uit, in gedachten bij de zeebodem. Een laag plantaardige en dierlijke resten van miljoenen jaren dik, voedzaam en veerkrachtig zoals je de geschiedenis graag hebt.
'Sponzen leven daar.'
Niemand lette op hem. Op een monitor aan het plafond waren twee jongens te zien die van de tribune klommen, naar de tafel stormden en op de ambtenaar van Veiligheid begonnen in te slaan. Vanuit de kelder wilde iedereen naar boven.
SponsBob bleef. Hoorde hij bij degenen die, als de oorlog eenmaal was uitgebarsten, alle verschrikkingen met opmerkelijk gemak langs zich heen zouden laten gaan? Die gelaten hun mond wisten te houden om in die kleine stilte hun bestaan te vieren. 'Zo zeg!'
Hij stond op en ging op zoek naar de uitgang van de studio.